De weerstandscapaciteit bestaat uit de middelen en mogelijkheden waarover de gemeente beschikt om niet begrote kosten, die onverwachts en substantieel zijn, te dekken.
Tot de weerstandscapaciteit worden gerekend:
• het vrij besteedbaar eigen vermogen
• de ruimte binnen de begroting
• de onbenutte belastingcapaciteit
Het eigen vermogen bestaat uit de algemene reserve, bestemmingsreserves en eventuele stille reserves. Voor de beoordeling van het weerstandsvermogen is de stand van de reserves per 31 december 2023 bepalend. Alleen de algemene reserve wordt tot het vrij besteedbaar eigen vermogen gerekend.
De onbenutte belastingcapaciteit geeft een indicatie van de mogelijkheden om de eigen inkomsten te verhogen. De belangrijkste belastinginkomsten zijn de onroerend zaakbelasting (OZB), de afvalstoffenheffing en het rioolrecht. De afvalstoffenheffing en het rioolrecht zijn al volledig kostendekkend. Onbenutte belastingcapaciteit kan daarmee alleen gevonden worden in de OZB. De berekening van de onbenutte belastingcapaciteit OZB wordt afgeleid van de norm voor artikel 12 van de financiële verhoudingswet.
Voor de risico’s vanuit de grondexploitaties wordt de weerstandscapaciteit afzonderlijk bepaald. Als weerstandscapaciteit wordt een afzonderlijke reserve bouwgrondexploitatie aangehouden. De geprognosticeerde resultaten – verliezen en winsten – van de (grondexploitatie)projecten, voor zover nog niet verrekend met de reserves, maken onderdeel uit van de weerstandscapaciteit voor de projecten.